‫المفردات

الأردية – تمرين الأفعال

cms/verbs-webp/106591766.webp
genoeg zijn
Een salade is voor mij genoeg voor de lunch.
cms/verbs-webp/80356596.webp
afscheid nemen
De vrouw neemt afscheid.
cms/verbs-webp/67232565.webp
eens zijn
De buren konden het niet eens worden over de kleur.
cms/verbs-webp/1502512.webp
lezen
Ik kan niet zonder bril lezen.
cms/verbs-webp/51119750.webp
de weg vinden
Ik kan goed de weg vinden in een labyrint.
cms/verbs-webp/4553290.webp
binnenkomen
Het schip komt de haven binnen.
cms/verbs-webp/125402133.webp
aanraken
Hij raakte haar teder aan.
cms/verbs-webp/129244598.webp
beperken
Tijdens een dieet moet je je voedselinname beperken.
cms/verbs-webp/57481685.webp
overdoen
De student heeft een jaar overgedaan.
cms/verbs-webp/34979195.webp
samenkomen
Het is fijn als twee mensen samenkomen.
cms/verbs-webp/120900153.webp
uitgaan
De kinderen willen eindelijk naar buiten.
cms/verbs-webp/47737573.webp
geïnteresseerd zijn
Ons kind is erg geïnteresseerd in muziek.