Rječnik

Naučite priloge – nizozemski

cms/adverbs-webp/174985671.webp
bijna
De tank is bijna leeg.
skoro
Rezervoar je skoro prazan.
cms/adverbs-webp/138692385.webp
ergens
Een konijn heeft zich ergens verstopt.
negdje
Zec se negdje sakrio.
cms/adverbs-webp/128130222.webp
samen
We leren samen in een kleine groep.
zajedno
Učimo zajedno u maloj grupi.
cms/adverbs-webp/138988656.webp
altijd
Je kunt ons altijd bellen.
bilo kada
Možete nas nazvati bilo kada.
cms/adverbs-webp/98507913.webp
alle
Hier kun je alle vlaggen van de wereld zien.
sve
Ovdje možete vidjeti sve zastave svijeta.
cms/adverbs-webp/133226973.webp
net
Ze is net wakker geworden.
upravo
Ona se upravo probudila.
cms/adverbs-webp/10272391.webp
al
Hij slaapt al.
već
On je već zaspao.
cms/adverbs-webp/154535502.webp
binnenkort
Hier wordt binnenkort een commercieel gebouw geopend.
uskoro
Ovdje će uskoro biti otvorena poslovna zgrada.
cms/adverbs-webp/71970202.webp
behoorlijk
Ze is behoorlijk slank.
prilično
Ona je prilično vitka.
cms/adverbs-webp/155080149.webp
waarom
Kinderen willen weten waarom alles is zoals het is.
zašto
Djeca žele znati zašto je sve kako jest.
cms/adverbs-webp/121564016.webp
lang
Ik moest lang in de wachtkamer wachten.
dugo
Morao sam dugo čekati u čekaonici.
cms/adverbs-webp/40230258.webp
te veel
Hij heeft altijd te veel gewerkt.
previše
Uvijek je previše radio.