Ordliste
Lær verber – Bengali

annuleren
Hij heeft helaas de vergadering geannuleerd.
annuleren
Hij heeft helaas de vergadering geannuleerd.
отменять
К сожалению, он отменил встречу.

terugrijden
De moeder rijdt met de dochter terug naar huis.
terugrijden
De moeder rijdt met de dochter terug naar huis.
везти назад
Мать везет дочь домой.

geld uitgeven
We moeten veel geld uitgeven aan reparaties.
geld uitgeven
We moeten veel geld uitgeven aan reparaties.
тратить деньги
Нам придется потратить много денег на ремонт.

bevatten
Vis, kaas en melk bevatten veel eiwitten.
bevatten
Vis, kaas en melk bevatten veel eiwitten.
содержать
Рыба, сыр и молоко содержат много белка.

stoppen
Ik wil nu stoppen met roken!
stoppen
Ik wil nu stoppen met roken!
бросить
Я хочу бросить курить прямо сейчас!

zwemmen
Ze zwemt regelmatig.
zwemmen
Ze zwemt regelmatig.
плавать
Она регулярно плавает.

trekken
Hij trekt de slee.
trekken
Hij trekt de slee.
тянуть
Он тянет сани.

uitknippen
De vormen moeten worden uitgeknipt.
uitknippen
De vormen moeten worden uitgeknipt.
вырезать
Фигурки нужно вырезать.

bevorderen
We moeten alternatieven voor autoverkeer bevorderen.
bevorderen
We moeten alternatieven voor autoverkeer bevorderen.
продвигать
Нам нужно продвигать альтернативы автомобильному движению.

versturen
Ze wil de brief nu versturen.
versturen
Ze wil de brief nu versturen.
отправлять
Она хочет сейчас отправить письмо.

weglaten
Je kunt de suiker in de thee weglaten.
weglaten
Je kunt de suiker in de thee weglaten.
пропускать
Вы можете пропустить сахар в чае.
