Vocabulary
Learn Adjectives – Dutch

ziek
de zieke vrouw
sick
the sick woman

verkrijgbaar
het verkrijgbare medicijn
available
the available medicine

verschrikkelijk
de verschrikkelijke bedreiging
terrible
the terrible threat

kapot
de kapotte autoruit
broken
the broken car window

slim
het slimme meisje
smart
the smart girl

eng
een enge verschijning
creepy
a creepy appearance

gebruikelijk
een gebruikelijk bruidsboeket
usual
a usual bridal bouquet

openbaar
openbare toiletten
public
public toilets

verwarmd
het verwarmde zwembad
heated
a heated swimming pool

slecht
een slechte dreiging
evil
an evil threat

veelkleurig
veelkleurige paaseieren
colorful
colorful Easter eggs
