Vocabulary
Learn Adjectives – Dutch

verstandig
de verstandige stroomproductie
reasonable
the reasonable power generation

winters
het winterse landschap
wintry
the wintry landscape

vreemd
het vreemde beeld
strange
the strange picture

rijk
een rijke vrouw
rich
a rich woman

competent
de competente ingenieur
competent
the competent engineer

uitgebreid
een uitgebreide maaltijd
extensive
an extensive meal

nat
de natte kleding
wet
the wet clothes

gevarieerd
een gevarieerd fruitaanbod
varied
a varied fruit offer

openbaar
openbare toiletten
public
public toilets

medisch
het medisch onderzoek
medical
the medical examination

klaar om te starten
het startklare vliegtuig
ready to start
the ready to start airplane
