Vocabulary
Learn Adjectives – Dutch

Indiaas
een Indiaas gezicht
Indian
an Indian face

gesloten
gesloten ogen
closed
closed eyes

verkeerd
de verkeerde richting
wrong
the wrong direction

lui
een lui leven
lazy
a lazy life

verkrijgbaar
het verkrijgbare medicijn
available
the available medicine

snel
de snelle skiër
fast
the fast downhill skier

openbaar
openbare toiletten
public
public toilets

glanzend
een glanzende vloer
shiny
a shiny floor

eerlijk
een eerlijke verdeling
fair
a fair distribution

droog
de droge was
dry
the dry laundry

kreupel
een kreupel man
lame
a lame man
