Vortprovizo
Lernu Adjektivojn – nederlanda

lui
een lui leven
maldiligenta
maldiligenta vivo

stil
een stille hint
silenta
silenta indiko

half
de halve appel
duono
la duono de pomo

openbaar
openbare toiletten
publika
publikaj necesejoj

bloederig
bloederige lippen
sangaj
sangaj lipoj

inheems
de inheemse groente
loka
la loka legomo

onschatbaar
een onschatbare diamant
neprezebla
neprezebla diamanto

winters
het winterse landschap
vintra
la vintra pejzaĝo

noodzakelijk
het noodzakelijke paspoort
necesa
la necesa pasporto

privaat
het privéjacht
privata
la privata jaĥto

onvoorzichtig
het onvoorzichtige kind
neprecauta
la neprecauta infano
