لغت
اسپانیایی – تمرین قید

al
Hij slaapt al.

bijna
De tank is bijna leeg.

een beetje
Ik wil een beetje meer.

net
Ze is net wakker geworden.

echt
Kan ik dat echt geloven?

eerst
Veiligheid komt eerst.

de hele dag
De moeder moet de hele dag werken.

naar beneden
Ze springt naar beneden in het water.

vaak
Tornado‘s worden niet vaak gezien.

erg
Het kind is erg hongerig.

ook
Haar vriendin is ook dronken.
