لغت
یادگیری افعال – هلندی

vernietigen
De bestanden worden volledig vernietigd.
نابود کردن
فایلها کاملاً نابود خواهند شد.

wonen
Ze wonen in een gedeeld appartement.
زندگی کردن
آنها در یک آپارتمان مشترک زندگی میکنند.

beheren
Wie beheert het geld in jouw gezin?
مدیریت کردن
در خانواده شما کی پول را مدیریت میکند؟

verantwoordelijk zijn voor
De arts is verantwoordelijk voor de therapie.
مسئول بودن
دکتر مسئول درمان است.

veroorzaken
Suiker veroorzaakt veel ziekten.
باعث شدن
شکر بسیاری از بیماریها را ایجاد میکند.

binnenkomen
Kom binnen!
وارد شدن
وارد شو!

bedanken
Hij bedankte haar met bloemen.
تشکر کردن
او با گل از او تشکر کرد.

uitzetten
Ze zet de elektriciteit uit.
خاموش کردن
او برق را خاموش میکند.

voorbijgaan
De trein gaat aan ons voorbij.
گذشتن
قطار از کنار ما میگذرد.

aanraken
De boer raakt zijn planten aan.
لمس کردن
کشاورز گیاهان خود را لمس میکند.

verbonden zijn
Alle landen op aarde zijn met elkaar verbonden.
مرتبط بودن
همه کشورهای زمین با یکدیگر مرتبط هستند.
