Vocabulaire
Apprendre les verbes – Vietnamien

denken
Je moet veel denken bij schaken.
think
You have to think a lot in chess.

een fout maken
Denk goed na zodat je geen fout maakt!
make a mistake
Think carefully so you don’t make a mistake!

samenwonen
De twee zijn van plan om binnenkort samen te gaan wonen.
move in together
The two are planning to move in together soon.

herinneren
De computer herinnert me aan mijn afspraken.
remind
The computer reminds me of my appointments.

teruggeven
De leraar geeft de essays terug aan de studenten.
return
The teacher returns the essays to the students.

failliet gaan
Het bedrijf gaat waarschijnlijk binnenkort failliet.
go bankrupt
The business will probably go bankrupt soon.

drukken
Boeken en kranten worden gedrukt.
Books and newspapers are being printed.

zitten
Ze zit bij de zee tijdens zonsondergang.
sit down
She sits by the sea at sunset.

ondersteunen
We ondersteunen de creativiteit van ons kind.
support
We support our child’s creativity.

slagen
De studenten zijn geslaagd voor het examen.
pass
The students passed the exam.

kopen
Ze willen een huis kopen.
buy
They want to buy a house.
