ლექსიკა

ისწავლეთ ზმნები – ლატვიური

cms/verbs-webp/110233879.webp
create
He has created a model for the house.
creëren
Hij heeft een model voor het huis gecreëerd.
cms/verbs-webp/90773403.webp
follow
My dog follows me when I jog.
volgen
Mijn hond volgt me als ik jog.
cms/verbs-webp/118780425.webp
taste
The head chef tastes the soup.
proeven
De chef-kok proeft de soep.
cms/verbs-webp/61806771.webp
bring
The messenger brings a package.
brengen
De koerier brengt een pakketje.
cms/verbs-webp/51119750.webp
find one’s way
I can find my way well in a labyrinth.
de weg vinden
Ik kan goed de weg vinden in een labyrint.
cms/verbs-webp/119188213.webp
vote
The voters are voting on their future today.
stemmen
De kiezers stemmen vandaag over hun toekomst.
cms/verbs-webp/121870340.webp
run
The athlete runs.
rennen
De atleet rent.
cms/verbs-webp/122638846.webp
leave speechless
The surprise leaves her speechless.
sprakeloos maken
De verrassing maakt haar sprakeloos.
cms/verbs-webp/72855015.webp
receive
She received a very nice gift.
ontvangen
Ze ontving een heel mooi cadeau.
cms/verbs-webp/93697965.webp
drive around
The cars drive around in a circle.
rondrijden
De auto’s rijden in een cirkel rond.
cms/verbs-webp/90032573.webp
know
The kids are very curious and already know a lot.
weten
De kinderen zijn erg nieuwsgierig en weten al veel.
cms/verbs-webp/21689310.webp
call on
My teacher often calls on me.
aanspreken
Mijn leraar spreekt me vaak aan.