Woordenlijst
Afrikaans – Bijwoordenoefening

binnenkort
Hier wordt binnenkort een commercieel gebouw geopend.

erg
Het kind is erg hongerig.

samen
De twee spelen graag samen.

nu
Moet ik hem nu bellen?

daar
Het doel is daar.

bijna
Ik raakte bijna!

bijvoorbeeld
Hoe vind je deze kleur, bijvoorbeeld?

de hele dag
De moeder moet de hele dag werken.

echt
Kan ik dat echt geloven?

samen
We leren samen in een kleine groep.

uit
Ze komt uit het water.
