Woordenlijst
Arabisch – Bijwoordenoefening

over
Ze wil de straat oversteken met de scooter.

vaak
Tornado‘s worden niet vaak gezien.

buiten
Het zieke kind mag niet naar buiten.

bijna
De tank is bijna leeg.

de hele dag
De moeder moet de hele dag werken.

veel
Ik lees inderdaad veel.

even
Deze mensen zijn verschillend, maar even optimistisch!

‘s morgens
Ik moet vroeg opstaan ‘s morgens.

bijna
Het is bijna middernacht.

ergens
Een konijn heeft zich ergens verstopt.

al
Het huis is al verkocht.
