Woordenlijst
Servisch – Bijwoordenoefening

samen
De twee spelen graag samen.

bijna
Ik raakte bijna!

half
Het glas is half leeg.

over
Ze wil de straat oversteken met de scooter.

altijd
Je kunt ons altijd bellen.

minstens
De kapper kostte minstens niet veel.

in
Gaat hij naar binnen of naar buiten?

buiten
Het zieke kind mag niet naar buiten.

altijd
Hier was altijd een meer.

buiten
We eten vandaag buiten.

ook
Haar vriendin is ook dronken.
