Woordenlijst
Leer werkwoorden – Bosnisch

ostaviti
Slučajno su ostavili svoje dijete na stanici.
achterlaten
Ze hebben hun kind per ongeluk op het station achtergelaten.

imati na raspolaganju
Djeca imaju samo džeparac na raspolaganju.
ter beschikking hebben
Kinderen hebben alleen zakgeld ter beschikking.

tiskati
Knjige i novine se tiskaju.
drukken
Boeken en kranten worden gedrukt.

stati na
Ne mogu stati na tlo s ovom nogom.
stappen op
Ik kan met deze voet niet op de grond stappen.

sadržavati
Riba, sir i mlijeko sadrže puno proteina.
bevatten
Vis, kaas en melk bevatten veel eiwitten.

izlaziti
Što izlazi iz jajeta?
uitkomen
Wat komt er uit het ei?

zaposliti
Kandidat je zaposlen.
aannemen
De sollicitant werd aangenomen.

igrati
Dijete radije igra samostalno.
spelen
Het kind speelt liever alleen.

dogoditi se
U snovima se događaju čudne stvari.
gebeuren
Vreemde dingen gebeuren in dromen.

zvati
Ona može zvati samo tokom pauze za ručak.
bellen
Ze kan alleen bellen tijdens haar lunchpauze.

hraniti
Djeca hrane konja.
voeden
De kinderen voeden het paard.
