Woordenlijst
Leer werkwoorden – Catalaans

feel
He often feels alone.
voelen
Hij voelt zich vaak alleen.

do for
They want to do something for their health.
doen voor
Ze willen iets voor hun gezondheid doen.

write all over
The artists have written all over the entire wall.
schrijven op
De kunstenaars hebben op de hele muur geschreven.

pull out
How is he going to pull out that big fish?
trekken
Hoe gaat hij die grote vis eruit trekken?

leave open
Whoever leaves the windows open invites burglars!
open laten
Wie de ramen open laat, nodigt inbrekers uit!

check
The mechanic checks the car’s functions.
controleren
De monteur controleert de functies van de auto.

push
They push the man into the water.
duwen
Ze duwen de man het water in.

write down
You have to write down the password!
opschrijven
Je moet het wachtwoord opschrijven!

take back
The device is defective; the retailer has to take it back.
terugnemen
Het apparaat is defect; de winkelier moet het terugnemen.

walk
He likes to walk in the forest.
wandelen
Hij wandelt graag in het bos.

build
The children are building a tall tower.
bouwen
De kinderen bouwen een hoge toren.
