Woordenlijst
Leer werkwoorden – Tsjechisch

zakrýt
Dítě zakrývá své uši.
bedekken
Het kind bedekt zijn oren.

posílit
Gymnastika posiluje svaly.
versterken
Gymnastiek versterkt de spieren.

preferovat
Mnoho dětí preferuje sladkosti před zdravými věcmi.
verkiezen
Veel kinderen verkiezen snoep boven gezonde dingen.

podívat se dolů
Mohl jsem se z okna podívat na pláž.
naar beneden kijken
Ik kon vanuit het raam naar het strand beneden kijken.

cvičit
Pes je cvičen jí.
trainen
De hond wordt door haar getraind.

spát
Dítě spí.
slapen
De baby slaapt.

zničit
Tornádo zničilo mnoho domů.
vernielen
De tornado vernielt veel huizen.

opustit
Mnoho Angličanů chtělo opustit EU.
verlaten
Veel Engelsen wilden de EU verlaten.

odvážit se
Neodvážím se skočit do vody.
durven
Ik durf niet in het water te springen.

převzít
Kobylky to převzaly.
overnemen
De sprinkhanen hebben de overhand genomen.

spravovat
Kdo spravuje peníze ve vaší rodině?
beheren
Wie beheert het geld in jouw gezin?
