Woordenlijst
Leer werkwoorden – Deens

åbne
Pengeskabet kan åbnes med den hemmelige kode.
openen
De kluis kan worden geopend met de geheime code.

rapportere
Hun rapporterer skandalen til sin veninde.
melden
Ze meldt het schandaal aan haar vriendin.

kende
Hun kender mange bøger næsten udenad.
kennen
Ze kent veel boeken bijna uit haar hoofd.

rejse
Han kan godt lide at rejse og har set mange lande.
reizen
Hij reist graag en heeft veel landen gezien.

virke
Motorcyklen er i stykker; den virker ikke længere.
werken
De motorfiets is kapot; hij werkt niet meer.

gå ud
Pigerne kan lide at gå ud sammen.
uitgaan
De meisjes gaan graag samen uit.

øve
Han øver sig hver dag med sit skateboard.
oefenen
Hij oefent elke dag met zijn skateboard.

bede
Han beder stille.
bidden
Hij bidt in stilte.

træde på
Jeg kan ikke træde på jorden med denne fod.
stappen op
Ik kan met deze voet niet op de grond stappen.

chatte
De chatter med hinanden.
kletsen
Ze kletsen met elkaar.

svare
Hun svarede med et spørgsmål.
antwoorden
Ze antwoordde met een vraag.
