Woordenlijst
Leer werkwoorden – Engels (US)

open
Can you please open this can for me?
openen
Kun je dit blikje voor me openen?

burn
The meat must not burn on the grill.
branden
Het vlees mag niet branden op de grill.

take apart
Our son takes everything apart!
uit elkaar halen
Onze zoon haalt alles uit elkaar!

deliver
Our daughter delivers newspapers during the holidays.
bezorgen
Onze dochter bezorgt kranten tijdens de vakantie.

prefer
Many children prefer candy to healthy things.
verkiezen
Veel kinderen verkiezen snoep boven gezonde dingen.

understand
I can’t understand you!
begrijpen
Ik kan je niet begrijpen!

pull out
Weeds need to be pulled out.
verwijderen
Onkruid moet verwijderd worden.

paint
The car is being painted blue.
schilderen
De auto wordt blauw geschilderd.

leave open
Whoever leaves the windows open invites burglars!
open laten
Wie de ramen open laat, nodigt inbrekers uit!

cover
She covers her hair.
bedekken
Ze bedekt haar haar.

accept
I can’t change that, I have to accept it.
accepteren
Ik kan dat niet veranderen, ik moet het accepteren.
