Woordenlijst

Leer werkwoorden – Esperanto

cms/verbs-webp/113248427.webp
venki
Li provas venki ĉe ŝako.
winnen
Hij probeert te winnen met schaken.
cms/verbs-webp/118485571.webp
fari
Ili volas fari ion por sia sano.
doen voor
Ze willen iets voor hun gezondheid doen.
cms/verbs-webp/81236678.webp
manki
Ŝi mankis gravan rendevuon.
missen
Ze heeft een belangrijke afspraak gemist.
cms/verbs-webp/77572541.webp
forigi
La metiisto forigis la malnovajn kahelojn.
verwijderen
De vakman heeft de oude tegels verwijderd.
cms/verbs-webp/121670222.webp
sekvi
La kokinoj ĉiam sekvas sian patrinon.
volgen
De kuikens volgen altijd hun moeder.
cms/verbs-webp/106851532.webp
rigardi
Ili rigardis unu la alian dum longa tempo.
elkaar aankijken
Ze keken elkaar lang aan.
cms/verbs-webp/33688289.webp
enlasi
Oni neniam devus enlasi fremdulojn.
binnenlaten
Men moet nooit vreemden binnenlaten.
cms/verbs-webp/62175833.webp
malkovri
La maristoj malkovris novan teron.
ontdekken
De zeelieden hebben een nieuw land ontdekt.
cms/verbs-webp/62788402.webp
subskribi
Ni ĝoje subtenas vian ideon.
onderschrijven
We onderschrijven graag uw idee.
cms/verbs-webp/73649332.webp
krii
Se vi volas esti aŭdata, vi devas laŭte krii vian mesaĝon.
schreeuwen
Als je gehoord wilt worden, moet je je boodschap luid schreeuwen.
cms/verbs-webp/111750432.webp
pendi
Ambaŭ pendas sur branĉo.
hangen
Ze hangen beide aan een tak.
cms/verbs-webp/4553290.webp
eniri
La ŝipo eniras la havenon.
binnenkomen
Het schip komt de haven binnen.