Woordenlijst
Adygees – Werkwoorden oefenen

vastzitten
Ik zit vast en kan geen uitweg vinden.

verlaten
Veel Engelsen wilden de EU verlaten.

bedienen
De chef bedient ons vandaag zelf.

verbeteren
Ze wil haar figuur verbeteren.

dansen
Ze dansen verliefd een tango.

bevatten
Vis, kaas en melk bevatten veel eiwitten.

haten
De twee jongens haten elkaar.

achterlaten
Ze liet een stuk pizza voor me achter.

schoppen
In vechtsporten moet je goed kunnen schoppen.

deelnemen
Hij neemt deel aan de race.

binnenkomen
Het schip komt de haven binnen.
