Woordenlijst

Afrikaans – Werkwoorden oefenen

cms/verbs-webp/65840237.webp
sturen
De goederen worden in een pakket naar mij gestuurd.
cms/verbs-webp/77581051.webp
aanbieden
Wat bied je me aan voor mijn vis?
cms/verbs-webp/120282615.webp
investeren
Waar moeten we ons geld in investeren?
cms/verbs-webp/81986237.webp
mengen
Ze mengt een vruchtensap.
cms/verbs-webp/125376841.webp
bekijken
Op vakantie heb ik veel bezienswaardigheden bekeken.
cms/verbs-webp/47969540.webp
blind worden
De man met de badges is blind geworden.
cms/verbs-webp/102049516.webp
verlaten
De man vertrekt.
cms/verbs-webp/117658590.webp
uitsterven
Veel dieren zijn vandaag uitgestorven.
cms/verbs-webp/90643537.webp
zingen
De kinderen zingen een lied.
cms/verbs-webp/118026524.webp
ontvangen
Ik kan zeer snel internet ontvangen.
cms/verbs-webp/60625811.webp
vernietigen
De bestanden worden volledig vernietigd.
cms/verbs-webp/111021565.webp
walgen van
Ze walgde van spinnen.