Woordenlijst
Bulgaars – Werkwoorden oefenen

toenemen
De bevolking is sterk toegenomen.

controleren
Hij controleert wie daar woont.

zorgen voor
Onze zoon zorgt heel goed voor zijn nieuwe auto.

creëren
Hij heeft een model voor het huis gecreëerd.

vernietigen
De bestanden worden volledig vernietigd.

rondreizen
Ik heb veel rond de wereld gereisd.

terugrijden
De moeder rijdt met de dochter terug naar huis.

verwijderen
De graafmachine verwijdert de grond.

nodig hebben
Ik heb dorst, ik heb water nodig!

praten met
Iemand zou met hem moeten praten; hij is zo eenzaam.

worden
Ze zijn een goed team geworden.
