Woordenlijst
Bengaals – Werkwoorden oefenen

vertellen
Ze vertelt haar een geheim.

verhuren
Hij verhuurt zijn huis.

plezier hebben
We hebben veel plezier gehad op de kermis!

ritselen
De bladeren ritselen onder mijn voeten.

praten met
Iemand zou met hem moeten praten; hij is zo eenzaam.

blind worden
De man met de badges is blind geworden.

uitgaan
Ze stapt uit de auto.

vormen
We vormen samen een goed team.

doorgaan
Kan de kat door dit gat gaan?

een fout maken
Denk goed na zodat je geen fout maakt!

dienen
Honden dienen graag hun baasjes.
