Woordenlijst
Bosnisch – Werkwoorden oefenen

uitspringen
De vis springt uit het water.

belonen
Hij werd beloond met een medaille.

horen
Ik kan je niet horen!

reizen
We reizen graag door Europa.

wijken
Veel oude huizen moeten wijken voor de nieuwe.

ziektebriefje halen
Hij moet een ziektebriefje halen bij de dokter.

oefenen
De vrouw beoefent yoga.

veroorzaken
Alcohol kan hoofdpijn veroorzaken.

bevallen
Ze zal binnenkort bevallen.

openen
Het kind opent zijn cadeau.

hopen
Velen hopen op een betere toekomst in Europa.
