Woordenlijst
Tsjechisch – Werkwoorden oefenen

belonen
Hij werd beloond met een medaille.

stappen op
Ik kan met deze voet niet op de grond stappen.

rondkomen
Ze moet rondkomen met weinig geld.

binnenlaten
Buiten sneeuwde het en we lieten ze binnen.

knippen
De kapper knipt haar haar.

verwachten
Mijn zus verwacht een kind.

genoeg zijn
Dat is genoeg, je irriteert!

bedekken
Het kind bedekt zichzelf.

achterlaten
Ze hebben hun kind per ongeluk op het station achtergelaten.

creëren
Wie heeft de aarde gecreëerd?

doorkomen
Het water was te hoog; de truck kon er niet doorheen.
