Woordenlijst

Deens – Werkwoorden oefenen

cms/verbs-webp/68841225.webp
begrijpen
Ik kan je niet begrijpen!
cms/verbs-webp/3270640.webp
achtervolgen
De cowboy achtervolgt de paarden.
cms/verbs-webp/90643537.webp
zingen
De kinderen zingen een lied.
cms/verbs-webp/109157162.webp
gemakkelijk gaan
Surfen gaat hem gemakkelijk af.
cms/verbs-webp/119520659.webp
ter sprake brengen
Hoe vaak moet ik dit argument ter sprake brengen?
cms/verbs-webp/46998479.webp
bespreken
Ze bespreken hun plannen.
cms/verbs-webp/55269029.webp
missen
Hij miste de spijker en verwondde zichzelf.
cms/verbs-webp/127720613.webp
missen
Hij mist zijn vriendin erg.
cms/verbs-webp/83776307.webp
verhuizen
Mijn neefje gaat verhuizen.
cms/verbs-webp/73488967.webp
onderzoeken
Bloedmonsters worden in dit lab onderzocht.
cms/verbs-webp/67880049.webp
loslaten
Je mag de grip niet loslaten!
cms/verbs-webp/83661912.webp
bereiden
Ze bereiden een heerlijke maaltijd.