Woordenlijst
Engels (US) – Werkwoorden oefenen

mengen
Je kunt een gezonde salade met groenten mengen.

trekken
Hoe gaat hij die grote vis eruit trekken?

opschrijven
Ze wil haar zakelijk idee opschrijven.

veranderen
Het licht veranderde in groen.

loslaten
Je mag de grip niet loslaten!

weggooien
Deze oude rubberen banden moeten apart worden weggegooid.

omdraaien
Je moet hier de auto omdraaien.

ontvangen
Hij ontving een loonsverhoging van zijn baas.

verbeteren
Ze wil haar figuur verbeteren.

oefenen
Hij oefent elke dag met zijn skateboard.

beginnen
School begint net voor de kinderen.
