Woordenlijst
Engels (UK) – Werkwoorden oefenen

voorgaan
Gezondheid gaat altijd voor!

bewegen
Het is gezond om veel te bewegen.

overspringen
De atleet moet over het obstakel springen.

afhangen van
Hij is blind en is afhankelijk van hulp van buitenaf.

oogsten
We hebben veel wijn geoogst.

controleren
De tandarts controleert het gebit van de patiënt.

beslissen
Ze kan niet beslissen welke schoenen ze moet dragen.

drinken
Ze drinkt thee.

rijden
Ze rijden zo snel als ze kunnen.

vechten
De atleten vechten tegen elkaar.

deelnemen
Hij neemt deel aan de race.
