Woordenlijst
Engels (UK) – Werkwoorden oefenen

vrezen
We vrezen dat de persoon ernstig gewond is.

openen
Kun je dit blikje voor me openen?

sturen
De goederen worden in een pakket naar mij gestuurd.

een fout maken
Denk goed na zodat je geen fout maakt!

onderzoeken
Bloedmonsters worden in dit lab onderzocht.

verschijnen
Er verscheen plotseling een grote vis in het water.

begrijpen
Ik kan je niet begrijpen!

weigeren
Het kind weigert zijn eten.

terugbellen
Bel me morgen alstublieft terug.

liegen
Hij liegt vaak als hij iets wil verkopen.

bezitten
Ik bezit een rode sportwagen.
