Woordenlijst
Esperanto – Werkwoorden oefenen

begrijpen
Ik kan je niet begrijpen!

knuffelen
Hij knuffelt zijn oude vader.

inloggen
Je moet inloggen met je wachtwoord.

aannemen
Het bedrijf wil meer mensen aannemen.

voorstellen
Hij stelt zijn nieuwe vriendin voor aan zijn ouders.

antwoorden
Ze antwoordde met een vraag.

belasten
Bedrijven worden op verschillende manieren belast.

verdwalen
Ik ben onderweg verdwaald.

afwassen
Ik hou niet van afwassen.

betekenen
Wat betekent dit wapenschild op de vloer?

dichterbij komen
De slakken komen dichter bij elkaar.
