Woordenlijst
Esperanto – Werkwoorden oefenen

belasten
Kantoorwerk belast haar erg.

bekritiseren
De baas bekritiseert de werknemer.

herinneren
De computer herinnert me aan mijn afspraken.

uitslapen
Ze willen eindelijk eens een nacht uitslapen.

plaatsvinden
De begrafenis vond eergisteren plaats.

uitgaan
De kinderen willen eindelijk naar buiten.

besmet raken
Ze raakte besmet met een virus.

de weg vinden
Ik kan goed de weg vinden in een labyrint.

verwijderen
Hoe kan men een rode wijnvlek verwijderen?

bezoeken
Een oude vriend bezoekt haar.

tentoonstellen
Hier wordt moderne kunst tentoongesteld.
