Woordenlijst
Ests – Werkwoorden oefenen

handelen
Mensen handelen in gebruikte meubels.

publiceren
Reclame wordt vaak in kranten gepubliceerd.

sparen
Het meisje spaart haar zakgeld.

reizen
Hij reist graag en heeft veel landen gezien.

opzij zetten
Ik wil elke maand wat geld opzij zetten voor later.

meenemen
We hebben een kerstboom meegenomen.

leiden
Hij leidt het meisje bij de hand.

aankomen
Veel mensen komen op vakantie met een camper aan.

zorgen voor
Onze zoon zorgt heel goed voor zijn nieuwe auto.

wandelen
Hij wandelt graag in het bos.

opstaan
Ze kan niet meer zelfstandig opstaan.
