Woordenlijst
Hebreeuws – Werkwoorden oefenen

genereren
We genereren elektriciteit met wind en zonlicht.

werken
De motorfiets is kapot; hij werkt niet meer.

plezier hebben
We hebben veel plezier gehad op de kermis!

ontcijferen
Hij ontcijfert de kleine letters met een vergrootglas.

sneeuwen
Het heeft vandaag veel gesneeuwd.

verlaten
Veel Engelsen wilden de EU verlaten.

rinkelen
Hoor je de bel rinkelen?

tonen
Ik kan een visum in mijn paspoort tonen.

wandelen
De groep wandelde over een brug.

trainen
De hond wordt door haar getraind.

aannemen
De sollicitant werd aangenomen.
