Woordenlijst
Georgisch – Werkwoorden oefenen

wachten
We moeten nog een maand wachten.

begeleiden
De hond begeleidt hen.

uitzoeken
Ze zoekt een nieuwe zonnebril uit.

binnenkomen
Hij komt de hotelkamer binnen.

voelen
Ze voelt de baby in haar buik.

naar buiten rennen
Ze rent met de nieuwe schoenen naar buiten.

vertrekken
Het schip vertrekt uit de haven.

versturen
Dit pakket wordt binnenkort verstuurd.

aansteken
Hij stak een lucifer aan.

aankomen
Hij kwam net op tijd aan.

verdwalen
Mijn sleutel is vandaag verloren gegaan!
