Woordenlijst
Kazachs – Werkwoorden oefenen

uitzetten
Ze zet de elektriciteit uit.

schrijven naar
Hij schreef me vorige week.

duwen
De auto stopte en moest geduwd worden.

missen
Hij mist zijn vriendin erg.

duidelijk zien
Ik kan alles duidelijk zien door mijn nieuwe bril.

stoppen
De agente stopt de auto.

vernielen
De tornado vernielt veel huizen.

antwoorden
De student beantwoordt de vraag.

bellen
Ze kan alleen bellen tijdens haar lunchpauze.

kennen
Ze kent veel boeken bijna uit haar hoofd.

geven
Wat heeft haar vriend haar voor haar verjaardag gegeven?
