Woordenlijst
Koerdisch (Kurmanji) – Werkwoorden oefenen

oogsten
We hebben veel wijn geoogst.

aanraken
Hij raakte haar teder aan.

draaien
Ze pakte de telefoon en draaide het nummer.

begrijpen
Ik kan je niet begrijpen!

aanbieden
Wat bied je me aan voor mijn vis?

gemakkelijk gaan
Surfen gaat hem gemakkelijk af.

winnen
Hij probeert te winnen met schaken.

overwinnen
De atleten overwinnen de waterval.

zitten
Er zitten veel mensen in de kamer.

dragen
Ze dragen hun kinderen op hun rug.

vergeten
Ze wil het verleden niet vergeten.
