Woordenlijst
Marathi – Werkwoorden oefenen

studeren
Er studeren veel vrouwen aan mijn universiteit.

doorkomen
Het water was te hoog; de truck kon er niet doorheen.

zich wenden tot
Ze wenden zich tot elkaar.

verspillen
Energie mag niet verspild worden.

overweg kunnen
Stop met ruziën en kunnen jullie eindelijk met elkaar overweg!

afbranden
Het vuur zal een groot deel van het bos afbranden.

verbonden zijn
Alle landen op aarde zijn met elkaar verbonden.

slapen
De baby slaapt.

openen
De kluis kan worden geopend met de geheime code.

helpen
Iedereen helpt de tent opzetten.

wachten
We moeten nog een maand wachten.
