Woordenlijst
Punjabi – Werkwoorden oefenen

eens zijn
De buren konden het niet eens worden over de kleur.

zitten
Ze zit bij de zee tijdens zonsondergang.

sparen
Het meisje spaart haar zakgeld.

raden
Je moet raden wie ik ben!

meerijden
Mag ik met je meerijden?

rondrijden
De auto’s rijden in een cirkel rond.

schilderen
Ik wil mijn appartement schilderen.

verdragen
Ze kan de pijn nauwelijks verdragen!

zoeken
Ik zoek paddenstoelen in de herfst.

meedenken
Je moet meedenken bij kaartspellen.

luisteren
Hij luistert naar haar.
