Woordenlijst
Portugees (PT) – Werkwoorden oefenen

weten
De kinderen zijn erg nieuwsgierig en weten al veel.

voorstellen
Ze stelt zich elke dag iets nieuws voor.

beschermen
Een helm moet tegen ongelukken beschermen.

vergeten
Ze is nu zijn naam vergeten.

worden
Ze zijn een goed team geworden.

redden
De dokters konden zijn leven redden.

ontvangen
Ik kan zeer snel internet ontvangen.

verrijken
Specerijen verrijken ons eten.

dragen
De ezel draagt een zware last.

uitverkopen
De koopwaar wordt uitverkocht.

stoppen
Hij stopte met zijn baan.
