Woordenlijst
Portugees (BR) – Werkwoorden oefenen

corrigeren
De leraar corrigeert de essays van de studenten.

binnenkomen
Hij komt de hotelkamer binnen.

schoppen
In vechtsporten moet je goed kunnen schoppen.

verloven
Ze hebben stiekem verloofd!

branden
Het vlees mag niet branden op de grill.

melden
Iedereen aan boord meldt zich bij de kapitein.

testen
De auto wordt in de werkplaats getest.

verdelen
Ze verdelen het huishoudelijk werk onder elkaar.

bedekken
De waterlelies bedekken het water.

voelen
Hij voelt zich vaak alleen.

bedekken
Ze heeft het brood met kaas bedekt.
