Woordenlijst
Slovaaks – Werkwoorden oefenen

spreken
Men moet niet te luid spreken in de bioscoop.

beïnvloeden
Laat je niet door anderen beïnvloeden!

draaien
Je mag naar links draaien.

uitoefenen
Ze oefent een ongewoon beroep uit.

sturen
De goederen worden in een pakket naar mij gestuurd.

bezorgen
Onze dochter bezorgt kranten tijdens de vakantie.

verwijderen
De graafmachine verwijdert de grond.

draaien
Ze pakte de telefoon en draaide het nummer.

begeleiden
De hond begeleidt hen.

hangen
De hangmat hangt aan het plafond.

bellen
Ze kan alleen bellen tijdens haar lunchpauze.
