Woordenlijst
Slovaaks – Werkwoorden oefenen

verheugen
Het doelpunt verheugt de Duitse voetbalfans.

herinneren
De computer herinnert me aan mijn afspraken.

verkiezen
Veel kinderen verkiezen snoep boven gezonde dingen.

controleren
De tandarts controleert de tanden.

vergeten
Ze is nu zijn naam vergeten.

bewandelen
Dit pad mag niet bewandeld worden.

schoppen
In vechtsporten moet je goed kunnen schoppen.

draaien
Je mag naar links draaien.

beginnen
De soldaten beginnen.

ontbijten
We ontbijten het liefst op bed.

verwijderen
De graafmachine verwijdert de grond.
