Woordenlijst
Sloveens – Werkwoorden oefenen

missen
Ik zal je zo erg missen!

voeden
De kinderen voeden het paard.

rinkelen
De bel rinkelt elke dag.

gooien naar
Ze gooien de bal naar elkaar.

beperken
Tijdens een dieet moet je je voedselinname beperken.

dichterbij komen
De slakken komen dichter bij elkaar.

controleren
De tandarts controleert het gebit van de patiënt.

branden
Het vlees mag niet branden op de grill.

stemmen
De kiezers stemmen vandaag over hun toekomst.

voorbijgaan
De twee lopen elkaar voorbij.

kopen
Ze willen een huis kopen.
