Woordenlijst

Thai – Werkwoorden oefenen

cms/verbs-webp/21529020.webp
toelopen
Het meisje loopt naar haar moeder toe.
cms/verbs-webp/87317037.webp
spelen
Het kind speelt liever alleen.
cms/verbs-webp/108295710.webp
spellen
De kinderen leren spellen.
cms/verbs-webp/109657074.webp
wegjagen
De ene zwaan jaagt de andere weg.
cms/verbs-webp/47062117.webp
rondkomen
Ze moet rondkomen met weinig geld.
cms/verbs-webp/28993525.webp
meekomen
Kom nu mee!
cms/verbs-webp/17624512.webp
wennen aan
Kinderen moeten wennen aan het tandenpoetsen.
cms/verbs-webp/89084239.webp
verminderen
Ik moet absoluut mijn stookkosten verminderen.
cms/verbs-webp/117658590.webp
uitsterven
Veel dieren zijn vandaag uitgestorven.
cms/verbs-webp/56994174.webp
uitkomen
Wat komt er uit het ei?
cms/verbs-webp/117284953.webp
uitzoeken
Ze zoekt een nieuwe zonnebril uit.
cms/verbs-webp/99592722.webp
vormen
We vormen samen een goed team.