Woordenlijst
Urdu – Werkwoorden oefenen

verminderen
Ik moet absoluut mijn stookkosten verminderen.

loslaten
Je mag de grip niet loslaten!

beginnen
De wandelaars begonnen vroeg in de ochtend.

verbazen
Ze was verbaasd toen ze het nieuws ontving.

vertrekken
De trein vertrekt.

aanbieden
Wat bied je me aan voor mijn vis?

afscheid nemen
De vrouw neemt afscheid.

verbonden zijn
Alle landen op aarde zijn met elkaar verbonden.

horen
Ik kan je niet horen!

naar buiten rennen
Ze rent met de nieuwe schoenen naar buiten.

voorbijgaan
De middeleeuwse periode is voorbijgegaan.
