Woordenlijst
Leer werkwoorden – Frans

commenter
Il commente la politique tous les jours.
becommentariëren
Hij becommentarieert elke dag de politiek.

travailler
Elle travaille mieux qu’un homme.
werken
Ze werkt beter dan een man.

utiliser
Même les petits enfants utilisent des tablettes.
gebruiken
Zelfs kleine kinderen gebruiken tablets.

exercer
Elle exerce une profession inhabituelle.
uitoefenen
Ze oefent een ongewoon beroep uit.

enrichir
Les épices enrichissent notre nourriture.
verrijken
Specerijen verrijken ons eten.

montrer
Je peux montrer un visa dans mon passeport.
tonen
Ik kan een visum in mijn paspoort tonen.

se tenir debout
Le montagnard se tient sur le pic.
staan
De bergbeklimmer staat op de top.

mélanger
Le peintre mélange les couleurs.
mengen
De schilder mengt de kleuren.

se référer
L’enseignant se réfère à l’exemple au tableau.
verwijzen
De leraar verwijst naar het voorbeeld op het bord.

embaucher
Le candidat a été embauché.
aannemen
De sollicitant werd aangenomen.

pratiquer
La femme pratique le yoga.
oefenen
De vrouw beoefent yoga.
