Woordenlijst
Leer werkwoorden – Kroatisch

čistiti
Ona čisti kuhinju.
schoonmaken
Ze maakt de keuken schoon.

rasipati
Energiju ne bi trebalo rasipati.
verspillen
Energie mag niet verspild worden.

imenovati
Koliko država možeš imenovati?
noemen
Hoeveel landen kun je noemen?

učiniti
Žele učiniti nešto za svoje zdravlje.
doen voor
Ze willen iets voor hun gezondheid doen.

vježbati
Žena vježba jogu.
oefenen
De vrouw beoefent yoga.

odbaciti
Ove stare gume moraju se posebno odbaciti.
weggooien
Deze oude rubberen banden moeten apart worden weggegooid.

roditi
Uskoro će roditi.
bevallen
Ze zal binnenkort bevallen.

izlagati
Ovdje se izlaže moderna umjetnost.
tentoonstellen
Hier wordt moderne kunst tentoongesteld.

pisati
Piše pismo.
schrijven
Hij schrijft een brief.

pronaći ponovno
Nisam mogao pronaći svoju putovnicu nakon selidbe.
terugvinden
Na de verhuizing kon ik mijn paspoort niet meer terugvinden.

javiti se
Tko zna nešto može se javiti u razredu.
opmerken
Wie iets weet, mag in de klas opmerken.
