Woordenlijst
Leer werkwoorden – Kroatisch

lagati
Ponekad se mora lagati u izvanrednim situacijama.
liegen
Soms moet men liegen in een noodsituatie.

plivati
Redovito pliva.
zwemmen
Ze zwemt regelmatig.

transportirati
Kamion transportira robu.
vervoeren
De vrachtwagen vervoert de goederen.

putovati
Voli putovati i vidio je mnoge zemlje.
reizen
Hij reist graag en heeft veel landen gezien.

ponovno vidjeti
Napokon se ponovno vide.
weerzien
Ze zien elkaar eindelijk weer.

održati govor
Politikar održava govor pred mnogim studentima.
een toespraak houden
De politicus houdt een toespraak voor veel studenten.

preskočiti
Sportaš mora preskočiti prepreku.
overspringen
De atleet moet over het obstakel springen.

uzrokovati
Šećer uzrokuje mnoge bolesti.
veroorzaken
Suiker veroorzaakt veel ziekten.

roditi
Uskoro će roditi.
bevallen
Ze zal binnenkort bevallen.

obratiti pažnju
Treba obratiti pažnju na prometne znakove.
opletten
Men moet opletten voor de verkeersborden.

skakutati
Dijete veselo skakuće.
rondspringen
Het kind springt vrolijk in het rond.
