Woordenlijst

Leer werkwoorden – Litouws

cms/verbs-webp/95470808.webp
hereinkommen
Kommen Sie herein!
binnenkomen
Kom binnen!
cms/verbs-webp/62788402.webp
befürworten
Deine Idee befürworten wir gern.
onderschrijven
We onderschrijven graag uw idee.
cms/verbs-webp/95543026.webp
teilnehmen
Er nimmt an dem Rennen teil.
deelnemen
Hij neemt deel aan de race.
cms/verbs-webp/101742573.webp
bemalen
Sie hat ihre Hände bemalt.
schilderen
Ze heeft haar handen geschilderd.
cms/verbs-webp/43483158.webp
hinfahren
Ich werde mit dem Zug hinfahren.
met de trein gaan
Ik ga er met de trein heen.
cms/verbs-webp/110056418.webp
vortragen
Der Politiker trägt eine Rede vor vielen Studenten vor.
een toespraak houden
De politicus houdt een toespraak voor veel studenten.
cms/verbs-webp/120515454.webp
füttern
Die Kinder füttern das Pferd.
voeden
De kinderen voeden het paard.
cms/verbs-webp/96531863.webp
durchgehen
Kann die Katze durch dieses Loch durchgehen?
doorgaan
Kan de kat door dit gat gaan?
cms/verbs-webp/123237946.webp
passieren
Hier ist ein Unfall passiert.
gebeuren
Hier is een ongeluk gebeurd.
cms/verbs-webp/121102980.webp
mitfahren
Darf ich bei dir mitfahren?
meerijden
Mag ik met je meerijden?
cms/verbs-webp/118232218.webp
beschützen
Kinder muss man beschützen.
beschermen
Kinderen moeten beschermd worden.
cms/verbs-webp/81236678.webp
versäumen
Sie hat einen wichtigen Termin versäumt.
missen
Ze heeft een belangrijke afspraak gemist.